Groningse gastvrijheid: Jan Elting is voor het gesprek nog even langs de banketbakker gereden. En dus staan er vijf grote punten gebak op tafel. ‘In 1993 kwam de eerste tegelzetter in dienst’, vertelt hij. ‘Ik zag dat de woningcorporaties die vraag hadden. Je komt als stukadoor toch al over de vloer, waarom kun je dan niet meteen ook een koofje timmeren of de douche tegelen? Maar een stukadoor is geen tegelzetter.’
‘Stucwerk luisterde niet zo nauw in de jaren '90. Er ging een behangetje overheen. Je had als stukadoor weinig eer van je werk. Dat is veranderd. Er gelden nu heel andere eisen.’ Toen hij het bedrijf van zijn vader overnam, breidden de werkzaamheden zich snel uit. Er lopen nu bijvoorbeeld twaalf tegelzetters rond, maar ook timmerlieden en schilders. ‘De corporaties wilden één aanspreekpunt. Maar ik heb nooit de ambitie gehad om de concurrent van de aannemer te worden. Het gaat mij puur om de flexibiliteit.’
Flexibiliteit is een woord dat vaker voorbijkomt in het gesprek. ‘Ja, wij moeten vaak binnen drie dagen beginnen aan een opdracht. Wij zijn daarop ingericht, qua mensen, qua planning en qua materieel.’ Op het terrein rond het bedrijf staat inderdaad het nodige equipment. Een kraan, een ladderlift. ‘We zijn een zelfvoorzienend bedrijf’, zegt hij. ‘Ik wil flexibel kunnen zijn, niet afhankelijk van anderen. Ik probeer altijd te combineren en te schuiven, zodat we niet onnodig op een klus lopen. Daarom hou ik ook niet van aangenomen opdrachten. Daar zit mij te veel druk op. Dan loop je elkaar in de weg en wordt het cowboywerk. Wij zijn geen prijsvechters. Ik hecht veel waarde aan werkvoorbereiding, orde en netheid. Maar je moet ook altijd rekening houden met de geheimen van een gebouw. Ik bedoel, je komt altijd onvoorziene zaken tegen.’
Aan tafel zit ook Jurrie de Vries, de Technisch-commercieel adviseur van Forbo Eurocol. ‘Ik ken Jurrie al van voor zijn tijd bij Forbo Eurocol’, zegt Jan. ‘Nee, ik ben niet met hem meegegaan toen hij daarnaar vertrok. Ik ben voor de tegels altijd een Eurocol-man geweest. Ik hou van de eenvoud van het assortiment. Niet zo veel kleuren voeg, gewoon een mooi standaardpakket in de 717 Eurofine WD. En ik hou van Nederlands product. Kijk maar in het magazijn. Daar liggen ook vooral Mosa-tegels.’
Ze zien elkaar een keer in de maand, de lijntjes zijn kort. ‘Jurrie gaat op eigen initiatief langs bij de projecten voor het uitvoeren van controles. Wij zijn momenteel bezig in Groningen. Daar wordt het oude distributiecentrum van de V&D verbouwd tot 24 appartementen. 'The Warehouse' heet het project. We tegelen daar de doucheruimtes.’ ‘Ik heb er in het begin geadviseerd om de 680 Elastilight te gebruiken voor het tegelen van de grootformaattegels’, zegt Jurrie. ‘Die werkt een stuk lichter dan de 688 Elastifix.’ Ook adviseerde hij om de ruimtes goed te stoken toen er nog geen ramen in zaten.
We lopen even rond in het pand waar Elting sinds enkele maanden zit. Ook zijn dochter Yvonne is aanwezig. Zij runt een apart bedrijf dat gespecialiseerd is in bijzondere wandafwerking. Bij haar bedrijf staat de showtrailer, waarmee Elting beurzen bezoekt en waar klanten een overzicht kunnen ervaren van tegels en andere vormen van wandafwerking. Hij kocht hem ooit van Mosa. Dan vertrekken we naar hartje Groningen. Aan de voet van de Martinitoren staan de panden waar de winkel en het distributiecentrum van V&D waren gevestigd en waar nu 24 appartementen zijn gebouwd. Vanaf november zijn ze er bezig, maar het werk zit er bijna op. Alleen nog wat voegwerk. Buiten op straat weer die Groningse gastvrijheid. ‘Nog een broodje?’ Maar dat laten we voorbijgaan. We moeten nog een stukje rijden, terug naar de Randstad.