‘Door alle wet- en regelgeving is dit best een ingewikkeld verhaal. Maar ik zal het simpel uitleggen. Op 1 juni 2008 trad de Europese CLP-verordening (EG) Nr. 1272/2008 in werking. Daarmee worden indeling en etikettering van chemische stoffen afgestemd volgens het Globally Harmonised System (GHS) van de Verenigde Naties. Veel landen over de hele wereld gebruiken het GHS als basis voor de internationale en nationale vervoersvoorschriften voor gevaarlijke goederen. In Nederland controleert de Inspectie Leefomgeving en Transport of we alles goed vermelden op onze verpakkingen.
Doel van het GHS is om tot een wereldwijde systematiek te komen, met eenduidige criteria voor indeling, etikettering en veiligheidsinformatiebladen (VIB’S) van stoffen en mengsels. Zo weet je als verwerker altijd met wat voor stoffen je te maken hebt. En welke persoonlijke beschermingsmiddelen je moet gebruiken, zoals handschoenen, een bril of adembescherming.
Het GHS deelt stoffen en mengsels in drie gevarenklassen in op basis van hun gevareneigenschappen: fysische gevaren (bijvoorbeeld ontvlambaar of oxiderend), gevaren voor de gezondheid (bv. bijtend voor de huid of ernstige oogirritatie) en milieugevaren (bijvoorbeeld zeer giftig voor waterorganismen). Aan de hand hiervan wordt ook bepaald of op verpakkingen gevarenpictogrammen, H- en P-zinnen en EUH-zinnen moeten worden vermeld.
Op Eurocol-producten kun je – in combinatie – drie gevarenpictogrammen GHS05, GHS07 en GHS09 tegenkomen. GHS05 is het pictogram dat voor corrosieve of bijtende producten wordt gebruikt. GHS07 voor schadelijke stoffen. En GHS09 staat voor milieuschade. Bij alle pictogrammen worden de signaalwoorden ‘Gevaar’ en ‘Waarschuwing’ vermeld.
GHS05 is het pictogram dat voor corrosieve of bijtende producten wordt gebruikt.
GHS07 voor schadelijke stoffen.
GHS09 staat voor milieuschade.
De H in H-zinnen staat voor ‘hazard’ (gevaar). Bij op cement gebaseerde producten worden vier van deze H-zinnen gebruikt die betrekking hebben op gevaren voor de gezondheid:
H315 ‘Veroorzaakt huidirritatie’
H318 ‘Veroorzaakt ernstig oogletsel’
H317 ‘Kan een allergische huidreactie veroorzaken’
H335 ‘Kan irritatie van de luchtwegen veroorzaken’
P-zinnen zijn toegevoegd uit voorzorg, zodat je veilig met deze producten kunt werken. Voor de op cement gebaseerde producten zijn dit:
P101 ‘Bij het inwinnen van medisch advies, de verpakking of het etiket ter beschikking houden’
P102 ‘Buiten het bereik van kinderen houden’
P261 ‘Inademen van stof vermijden’
P301+P310 ‘Na inslikken: onmiddellijk een antigifcentrum/arts raadplegen’
P305+P351+P338 ‘Bij contact met de ogen: voorzichtig afspoelen met water gedurende een aantal minuten; contactlenzen verwijderen en indien mogelijk blijven spoelen’
P404 ‘In gesloten verpakking bewaren’
P501 ‘De inhoud en de verpakking verwerken volgens de plaatselijke/regionale/nationale/internationale voorschriften’
Verder staat op het etiket vermeld welke specifieke stoffen ervoor zorgen dat het product in een gevarencategorie is ingedeeld. Bij op cement gebaseerde producten is dat ‘portland(cement)klinker’.
EUH-zinnen geven ‘aanvullende gevareninformatie’. Onze pasteuze Eurocol-lijmen en -primers zijn - behalve de op epoxy en isocyanaat gebaseerde producten - uitsluitend voorzien van de EUH208-zin: ‘Bevat (de betreffende stofnamen, zoals benzisothiazolinone) en ‘Kan een allergische reactie veroorzaken’.
Zoals gezegd, een behoorlijk technisch verhaal, maar het is zeer aan te bevelen de Eurocol-gevarenetiketten en veiligheidsinformatiebladen eens aandachtig te lezen. En vervolgens te controleren of tijdens het werken met deze producten de veiligheidsaanbevelingen ook worden nageleefd en toegepast. Op die manier kan iedereen veilig met Eurocol-producten werken.’