Hoe verwerk ik vloerbedekkingslijmen bij dalende temperaturen en hoe kan ik ze het beste bewaren?
‘Over één ding kan ik kort zijn: kou is niet goed voor onze producten. Zowel primers en lijmen als egaliseer- en voegmiddelen binden niet goed af als ze te koud zijn. Voor alle producten die je moet verwerken - ook de vloerbedekking zelf - geldt: laat ze acclimatiseren op een verwarmde plek. Het is net als met een goede fles wijn, de juiste temperatuur zorgt voor het beste resultaat. Dus laat je volgeladen bus niet een nacht buiten staan. Heb je een bedrijfsruimte waar je bus in kan, zet hem dan binnen, of laad je bus pas op de ochtend zelf vol vanuit de verwarmde opslag. Dat kost misschien wat extra tijd, maar je voorkomt problemen in de verwerking. Goed acclimatiseren geldt uiteraard ook voor onze surface finishing-producten, net als de eisen die gesteld worden aan de verwerkingsomstandigheden ervan.
Check altijd de verwerkingsinstructies
Ook de ruimte waarin je aan de slag gaat, moet droog en verwarmd zijn. Maak daarover goede afspraken met je opdrachtgever. En kijk vooral ook de eisen en verwerkingsinstructies voor Eurocol-producten na die op onze productspecificatiebladen staan. Behalve een te lage temperatuur kan een ruimte ook een te hoge relatieve luchtvochtigheid hebben. Is een gebouw in de winter niet wind- en waterdicht, begin dan niet aan je klus. Doe geen concessies omwille van de tijdsdruk of de goede relatie. Als de verwerkingsomstandigheden niet goed zijn, loop je het risico op technische problemen en discussie achteraf. En daar zit niemand op te wachten.
Houd rekening met het dauwpunt
Behalve restvocht is ook het dauwpunt een belangrijke vochtfactor. Het dauwpunt is de temperatuur waarbij waterdamp in de lucht condenseert op een oppervlak. Denk aan beslagen ruiten. Dit kan natuurlijk ook zo zijn bij betonwanden of betonvloeren. Het gevolg laat zich raden: er komt vocht in je primer, egaliseermiddel of lijm, waardoor de afbinding en hechting minder zullen zijn. Even kort een heater in de ruimte zetten, lost het probleem niet op. Condensvorming door het dauwpunt voorkom je alleen door de ruimte langdurig te verwarmen en goed te ventileren.
Meten is weten
Natuurlijk wil je op zeker spelen. Voor het voorkomen van vochtproblemen geldt: meten is weten. En daarbij gaat het om een combinatie van factoren die het risico op vochtvorming bepalen. Je meet niet alleen het restvochtgehalte in de ondergrond, maar ook de temperatuur ervan in verhouding tot de relatieve vochtigheid en het dauwpunt. Voorbeeld: je meet eerst de temperatuur van de vloer (idealiter tussen de 15 en 20 °C). Belangrijk is dat de temperatuur van de vloer altijd boven het dauwpunt ligt. De omgevingstemperatuur ligt idealiter tussen de 18 en 23 °C. Om je op weg te helpen, hebben we de verschillende parameters in verhouding weergegeven in deze tabel.
| Omgevingstemperatuur | Relatieve luchtvochtigheid | Dauwpunt |
| 18 ºC | 80% | 14,5 ºC |
| 20 ºC | 80% | 16,5 ºC |
| 22 ºC | 80% | 18,4 ºC |
| 24 ºC | 80% | 20,3 ºC |
Durf soms 'nee' te verkopen
Forbo Eurocol heeft de technische verwerkingseisen uitgebreid getest in proefopstellingen en in de praktijk. Problemen die kunnen ontstaan door af te wijken van de verwerkingsinstructies zijn soms direct zichtbaar. Zoals een 'witte huid' op een egalisatie, die hierdoor moet worden nageschuurd. Erger is onzichtbare schade, zoals onvoldoende hechting. Dit kan leiden tot het herstellen van vloeren, met meerkosten en een slechte beurt bij de klant als gevolg. Ik weet het, het argument 'tijd is geld' gaat zeker op voor de projectinrichting, maar wat ook opgaat is ‘voorkomen is beter dan genezen’. Overtuig daarom de klant of opdrachtgever van de noodzaak van goede verwerkingsomstandigheden. Durf zo nodig 'nee' te verkopen als je er zelf niet achter staat. Dat is in het belang van jezelf, maar uiteindelijk ook van de klant.’