Door de temperatuurswisselingen in de vloer met vloerverwarming is er meer uitzetting en krimp dan bij een 'gewone' vloer. Hierdoor neemt de kans op scheurvorming in de egalisatielaag en/of dekvloer toe. Breng daarom rondom de dekvloer randstroken aan en/of voorafgaand aan het egaliseren 802 Eurostrip Basic langs de randen van de vloer. Zo krijgt de vloer met vloerverwarming voldoende ruimte om uit te zetten en weer te krimpen. Deze witte PE-schuimstroken van 20 mm breed en 5 mm dik zijn zelfklevend en elastisch. Ze worden geleverd in rollen van 25 meter.
Bij een vloerverwarmingssysteem met buizen of slangen worden deze in de dekvloer aangebracht. Via een verdeler worden ze aangesloten op de cv-ketel, aarde- of warmtepomp of op stadsverwarming. Zorg er bij dit systeem voor dat de dekking boven de buizen of slangen ten minste 25 mm is. Bij een dunnere laag vindt er minder warmteafgifte plaats en dit geeft later problemen met het beheersen van de temperatuur in de betreffende ruimte. In principe zijn alle Eurocol-producten geschikt om in combinatie met vloerverwarming te worden verwerkt, mits de verwerkingsvoorschriften juist worden opgevolgd.
Voordat je de vloer gaat egaliseren en/of afwerken met vloerbedekking of tegels, moet deze geleidelijk worden opgewarmd volgens het opstartprotocol*). Raadpleeg hiervoor de instructies van de installateur. Let op: het opwarmen van een calciumsulfaat- of anhydrietvloer kan al na 7 dagen na aanbrengen starten, bij zand-cementdekvloeren is dit pas na 28 dagen. Door het opstartprotocol kun je de verwarmde/afgekoelde vloerconstructie controleren en eventuele scheurvorming voorbehandelen of repareren. Bij moderne vloerverwarmingssystemen in combinatie met een warmtepomp wordt bij het in gebruik nemen proceswater van een lagere temperatuur (25 °C) gebruikt, tot maximaal 35 °C in de gebruiksfase. Lager dus dan bij traditionele cv-ketels, waarbij die temperatuur kan oplopen tot 45 °C. Vanwege deze lage aanvangstemperatuur, die per dag circa 2 °C stijgt, heeft het doorlopen van een opstook- en afkoelprotocol in combinatie met keramische tegels geen toegevoegde waarde en kan dit dus achterwege blijven.
Zorg voordat je aan de slag gaat met het afwerken van de vloer voor de juiste verwerkingsomstandigheden. Ideaal is een omgevingstemperatuur van 18-23 °C. Voor de ondervloer en het te verwerken materiaal is dit minimaal 15 °C en maximaal 20 °C. De relatieve luchtvochtigheid is bij voorkeur 40-70%. Daarom moet de temperatuurinstelling van de vloerverwarming minimaal 24 uur voor aanvang van de werkzaamheden worden uitgeschakeld of laag gezet. Hierbij moet de aanvoertemperatuur gelijk worden gesteld aan de omgevingstemperatuur. Stel de kamerthermostaat in op 18 °C en controleer of er geen klokthermostaat of nachtverlaging is ingesteld. Na afwerking van de vloer met tegels of vloerbedekking kan de temperatuur na voldoende droging geleidelijk worden opgevoerd. Zorg er bij linoleum, rubber of pvc voor dat de oppervlaktetemperatuur van de vloer nooit boven de 28 °C komt om schade aan de vloer en afwerking te voorkomen.
Onder een tegelvloer kun je prima elektrische vloerverwarming installeren, in kabel- of mattenuitvoering. Voor beide moet de ondergrond voldoende vlak zijn. Is de ondergrond sterk zuigend, strijk deze dan eerst voor met 099 Dispersieprimer . Breng vervolgens de kabels aan en daaroverheen een egalisatielaag, in een dikte van minimaal 3 mm, gemeten vanaf het hoogste punt. Zo creëer je een goede warmtespreiding en voorkom je mogelijke schade door puntbelasting van de vloer. Dankzij zijn uitstekende vloeivermogen is de 990 Europlan Direct hiervoor bij uitstek geschikt. Houd ook hierbij de wanden vrij met 802 Eurostrip Basic. Verlijm na droging de vloertegels met 705 Speciaallijm of 709 Superflex. Hierna afvoegen met 706 Speciaalvoeg WD of 717 Eurofine WD . Kit hoeken en randen af met 880 Euroseal Silicone . Vloerverwarmingsmatten met een open structuur verlijm je direct met de tegellijm op de ondergrond. Breng de lijm aan met een 6x6 of 8x8-lijmkam en druk de matten in de natte lijmlaag. Strijk uitpuilende lijm glad, waardoor de matten goed worden verankerd. Zijn de verwarmingsmatten voorzien van twee lagen folie, volg dan de verwerkingsinstructies van de betreffende fabrikant.
*) De normen voor het installeren van vloeren met vloerverwarming staan beschreven op NEN 2741:2001/A1:2008.nl of NEN 2742:2007.nl. Daarnaast biedt ook Technisch Bureau Afbouw (TBA) duidelijke informatie, bijvoorbeeld met de BA-richtlijn 2.1 Opstook- en afkoelprotocol voor vloerverwarming in calciumsulfaat- of cementgebonden dekvloeren of de BA-richtlijn 2.2 Richtlijn voor het aanbrengen van hechtende dekvloeren met vloerverwarming.
Toch nog vragen? Raadpleeg onze afdeling Technische adviezen of je Technisch-commercieel adviseur.
Ga hier terug naar de Eurovisie.